De dood van Pater Bleys




Pater Ludovicus Bleys was in Limburg een bekend verzetsstrijder, die onder de naam Lodewijk een belangrijke rol speelde in de Landelijke Organisatie voor hulp aan onderduikers (LO). Omdat de regering in Londen nauwelijks bekend was met het werk van de LO, kreeg "Lodewijk" de opdracht van de organisatie om de regering te informeren. Via Zwitserland en Spanje arriveerde hij in augustus  1944 in Engeland. In zijn rapport schetste hij een rooskleurig beeld van het belang van de LO en uitte kritiek op de linkse Raad Van Verzet (RVV) en op de illegale pers, die hij te partijpolitiek vond. Koningin Wilhelmina was gecharmeerd van Pater Bleys. Later werd hij verbonden als aalmoezenier aan de staf van Prins Bernhard. Na zijn terugkeer in Nederland werd hij lid van de Grote Adviescommissie van de Illegaliteit. Op het eind van de oorlog schreef hij nog een rapport dat zeer kritisch was over een aantal Londense ministers en waarin hij het Militair Gezag krachtig ondersteunde
Na de oorlog hield Bleys toespraken in het hele land over de achtergronden van het verzet. Op weg naar een spreekbeurt op 15 augustus 1945 slaat de jeep van Pater Bleys op de Arkelsedijk bij Gorkum over de kop en stort de dijk af. Pater Bleys raakt bekneld onder auto.Hij wordt zwaargewond naar het ziekenhuis gebracht en sterft daar en paar uur later. Het ongeluk riep direct al vragen op. Uit onderzoek bleek dat een voorwiel van de jeep was losgelopen. De boutgaten waren ingescheurd. Men kon niet vaststellen of het slijtage of opzet was. Het verhaal deed de ronde dat de jeep van Pater Bleys in onderhoud was bij een garage in Utrecht. Daar werkten een aantal voorwaardelijk vrijgelaten NSB-ers en enkele jongeren die vertelden dat zij heel simpel een auto ongeluk konden arrangeren. De vraag werd vaak gesteld of dit iets met het ongeluk te maken had. De vraag is tot nu toe niet beantwoord.